We kwamen er niet uit,
“wie doet nou straks ’t geluid?”
We speelden zacht, heel zacht.
Een viool, een cello en een fluit.
De laatste klonk me veel te luid.
“Ik doe ‘t”, had ik bedacht.
“Ik doe ’t geluid”,
en draaide de knop op uit.
We kwamen er niet uit,
“wie doet nou straks ’t geluid?”
We speelden zacht, heel zacht.
Een viool, een cello en een fluit.
De laatste klonk me veel te luid.
“Ik doe ‘t”, had ik bedacht.
“Ik doe ’t geluid”,
en draaide de knop op uit.